Als je in Jericho langs het winkeltje van de pottenbakker Timeüs loopt, hoor je hem altijd zingen. Timeüs is een vrolijke gelovige man met een mooie stem. En als je goed luistert hoor je zijn blinde zoon meezingen. Hoor maar!…
NT. 09 KIJK, DIE PETRUS!
Nooit zou Petrus voor iemand knielen. Dat deed immers geen enkele vrome Jood. Voor geen koning, geen keizer, voor niemand. Voor niemand? ‘Jouw beurt, Johannes.’ zegt Petrus. Hij schuift wat naar achteren en reikt de riemen over aan…
NT. 10 PETRUS, HOGER, MOOIER, DUIDELIJKER
Ahhj… hhh… pftt! Wat een klim! Petrus hijgt ervan. Z’n hart bonst in de keel, maar zijn ogen stralen. Wat een prachtige tocht. Moet je eens even omkijken. Wat een vergezicht! Zie je die kleine huizen in het dal? Daar…
NT. 11 HUIL MAAR UIT, PETRUS
Heb jij wel eens uitgehuild bij je vader of je moeder? Je hele lijf schokte van verdriet. Het leek wel of je hart zou breken. Je kon geen woorden vinden om het te vertellen. Je had een zakdoek nodig voor…
NT. 12 PETRUS’ EINDE
‘Boenk! Boenk! Doe open in de naam van de keizer.’ Midden in de nacht klinkt er een groot lawaai in het stille achterafstraatje te Rome. Een troep soldaten bonst op een houten deur. Zou er weer iemand gearresteerd worden? Voorzichtig…
NT. 13 BROOD EN VIS VOOR DUIZENDEN
‘M’n tante komt, m’n tante komt. M’n tante… tippetietippe komt.’ zingt Minja, de dochter van Anne uit Kapernaüm. Op de maat van het wijsje danst ze door de hoofdstraat in de richting van de poort. Ze heeft haar tante in…
NT. 14 – DE VOORLOPER SNEUVELT, MAAR DE KONING KOMT ERAAN
‘Héhé Opzij! Héhé, ga opzij!!’ Door de nauwe hoofdstraat van Jeruzalem rent een heel vreemde man op blote voeten. Hij heeft een zwart fluwelen jasje aan, met goud en zilver bestikt. Zijn dunne, witte, erg wijde mouwen waaien als vleugels…
NT. 17 ER WORDT WEER GELACHEN IN JERICHO
‘Hahaha! Hoehoe! Hahahaaa!’ In het grote koopmanshuis bij de poort van Jericho wordt vreselijk gelachen. Ver in de omtrek is het te horen. Het dringt door in de huizen van de inwoners van de stad. Ook de straatarme bedelaars in…
NT. 18 EEN FONTEIN VOL BLIJDSCHAP
‘Zeg, buurvrouw! Heb je het al gehoord?…’ In het Samaritaanse dorp Sichem staan twee vrouwen te roddelen over de heg. ‘Vannacht heeft die Marja van hiernaast…’ Hun stemmen worden zachter. Anderen komen erbij staan, zodat al spoedig het hele dorp…
NT. 19 – EEN KRUIMELTJE VREDE VOOR EEN SCHATRIJK, DRIFTIG MEISJE
‘Wafwaf! Grr!’ Hoor je die honden te keer gaan ginds op de vuilnisbelt achter het grote huis? Eén van de knechten komt het afval uit de keuken storten. Wat een gevecht en gebijt!… Maar niet alleen buiten het grote…